familie "de Coninck"
# | inventaris | item | begindatum einddatum |
---|---|---|---|
61 | DC.1/61.0.0 | Schuldbekentenis (N° 7578) vanwege de Oostenrijkse keizerin Maria Theresia (1717-1780) ten aanzien van Egidius de Coninck, de zoon van de Antwerpse koopman/bankier Johan de Coninck (1619-1684) en diens tweede vrouw Helena Chauvin (1641-1698). In 1742 stonden de Staten van het graafschap Henegouwen aan de Oostenrijkse regering, die in de Zuidelijke Nederlanden vertegenwoordigd werd door de landvoogd Friedrich August graaf von Harrach-Rohrang (1696-1749), een lening toe van 500.000 gulden, die deels werd gedragen door de adel. Ook Egidius de Coninck stond een deel van zijn vermogen af en ontving hiervoor een jaarlijkse intrest van 5% (200 gulden), die hij kon opstrijken bij de (staats)bankier/verzekeringsagent James Dormer (1708-1758) te Antwerpen. Zijn zoon Jacob Albert Dormer, tevens het neefje van Egidius de Coninck, werd na de dood van zijn oom de nieuwe begunstigde. Deze akte werd ondertekend door notaris P. Cools. | 15/02/1743 15/02/1743 |
62 | DC.1/62.0.0 | Schuldbekentenis (N° 7579) vanwege de Oostenrijkse keizerin Maria Theresia (1717-1780) ten aanzien van Egidius de Coninck, de zoon van de Antwerpse koopman/bankier Johan de Coninck (1619-1684) en diens tweede vrouw Helena Chauvin (1641-1698). In 1742 stonden de Staten van het graafschap Henegouwen aan de Oostenrijkse regering, die in de Zuidelijke Nederlanden vertegenwoordigd werd door de landvoogd Friedrich August graaf von Harrach-Rohrang (1696-1749), een lening toe van 500.000 gulden, die deels werd gedragen door de adel. Ook Egidius de Coninck stond een deel van zijn vermogen af en ontving hiervoor een jaarlijkse intrest van 5% (200 gulden), die hij kon opstrijken bij de (staats)bankier/verzekeringsagent James Dormer (1708-1758) te Antwerpen. Zijn zoon Jacob Albert Dormer, tevens het neefje van Egidius de Coninck, werd na de dood van zijn oom de nieuwe begunstigde. Deze akte werd ondertekend door notaris P. Cools. | 15/02/1743 15/02/1743 |
63 | DC.1/63.0.0 | Aanvraag, goedkeuring en kwitantie betreffende de eigendomsoverdracht van een kapitaalrente van 25.000 gulden ten laste van het Land van Aalst, die toekwam aan Egidius de Coninck, de zoon van de Antwerpse koopman/bankier Johan de Coninck (1619-1684) en diens tweede vrouw Helena Chauvin (1641-1698). De resterende som van 14.166 gulden en 13,25 stuivers berustte bij Egidius' broer Ludovicus Franciscus de Coninck, die optrad als testamantair executeur, en werd nagelaten aan zijn neefje Jacob Albert Dormer, het enige kind van de (staats)bankier/verzekeringsagent James Dormer (1708-1758) en wijlen Maria Magdalena Emtinck. Joannes Walckiers d'Oostwinckel, ambtenaar van de leden van de provincie Vlaanderen, stond in voor de uitbetaling van de intrest. Op 26/01/1743 werd de eigendomsoverdracht voorgelegd aan de gewezen burgemeester en Antwerpse schepen Carel Josephus della Faille, waarna een consent volgde op 20/02/1743. | 26/01/1743 20/02/1743 |
64 | DC.1/64.0.0 | Aanvraag, goedkeuring en kwitantie betreffende de eigendomsoverdracht van een kapitaalrente van 25.000 gulden ten laste van het Land van Aalst, die toekwam aan Egidius de Coninck, de zoon van de Antwerpse koopman/bankier Johan de Coninck (1619-1684) en diens tweede vrouw Helena Chauvin (1641-1698). Deze liet de kapitaalrente vervolgens na aan zijn neefje Jacob Albert Dormer, het enige kind van de (staats)bankier/verzekeringsagent James Dormer (1708-1758) en wijlen Maria Magdalena Emtinck. Zo verzocht zijn vader en testamentair voogd om de uitbetaling van twee lijfrenten van 12.000 en 3.000 gulden, die deel uitmaakten van het belegde kapitaal van 25.000 gulden. De goedkeuring daartoe werd gegeven door de gewezen burgemeester en Antwerpse schepen Carel Josephus della Faille, waarna de desbetreffende sommen werden uitbetaald door Ludovicus Franciscus de Coninck, die het sterfhuis van zijn broer Egidius beheerde. | 05/07/1742 11/08/1742 |
65 | DC.1/65.0.0 | Kwitantie, goedgekeurd door de Antwerpse schepenen Franciscus Pires en Ludovicus Ferdinandus Josephus de Villegas, aangaande een legaat van 100.000 gulden van Egidius de Coninck aan de nakomelingen van zijn zuster Maria Magdalena de Coninck en Eduardus Emtinck, te weten: Anna Helena Emtinck (gehuwd met wachtmeester Carolus Josephus Roose), Catharina Theresia Emtinck (gehuwd met ridder Carolus Josephus van Colen, heer van Boechout), Isabella Emtinck (begijn te Antwerpen) en Jacob Albert Dormer, de zoon van wijlen Maria Magdalena Emtinck en de (staats)bankier/verzekeringsagent James Dormer (1708-1758). De legaten werden allen door de erflater afgesloten in 1719 voor de Antwerpse notarissen Theodoor van Merlen en Peeter Gerardi en zouden worden uitbetaald door Egidius' broer Ludovicus Franciscus de Coninck, die als testamentair executeur het sterfhuis beheerde. | 21/11/1740 21/11/1740 |
66 | DC.1/66.0.0 | Kwitantie van 854 ponden, 3 schellingen en 3 Vlaamse groot, die Ludovicus Franciscus de Coninck van zijn broer Egidius de Coninck had ontvangen na diens deelname aan de Londense loterij. | 16/01/1710 16/01/1710 |
67 | DC.1/67.0.0 | Berekening van de schuld (641,3 pond Sterling), die Egidius de Coninck had uitstaan bij zijn broer Ludovicus Franciscus de Coninck, door de Londense bankiers/handelaars Nicolas Santini Jaques en Pierre Seignoret. Het ging om een bedrag dat Egidius had opgenomen om deel te nemen aan de Londense loterij en na aftrek van de verkoop van 49 loten nog 119,3 pond Sterling of 211 Vlaamse ponden en 19 schellingen bedroeg. | 23/09/1716 14/12/1716 |
68 | DC.1/68.0.0 | Notariële akte (met papieren reliëfzegel) opgesteld door de Londense notaris Isaac Delpeche, waarin deze verklaarde de vijf winnende loten (nrs. 76, 100, 437, 4133 en 4373 aanvankelijk op naam van Justus Beck, Richard Hill en Thomas Colby) ten gunste van Egidius de Coninck in bewaring te hebben gegeven aan de Londense bankiers/handelaars Nicolas Santini Jaques en Pierre Seignoret. De loten vertegenwoordigen een totale waarde van 600 pond Sterling en maakten deel uit van een lottotrekking in 1712 met een speelpot van 1.800.000 pond Sterling. De akte werd tot slot ondertekend door de notarissen Thomas Bockingham en William De Gols, die optraden als getuigen. | 23/11/1716 23/11/1716 |
69 | DC.1/69.0.0 | Notariële akte betreffende een legaat van 4.500 gulden, dat krachtens de codicil (op 13/12/1719 opgesteld door de Antwerpse notaris Theodoor Van Merlen) van de onlangs overleden Egidius de Coninck werd nagelaten aan de kinderen van zijn broer Jacobus de Coninck (1661-1724), Antwerps bankier en gewezen aalmoezenier, die getrouwd was met Maria Mechtildis Schilders, te weten: Maria Mechtildis de Coninck (gehuwd met Paschier Joannes Augustinus van den Cruyce (1679-1758 - heer van Aartselaar en Cleydael, gewezen buitenburgermeester en schepen van Antwerpen, thans rentmeester-generaal van de Staten van Brabant), Anna Theresia de Coninck (gehuwd met de kastelein Albertus Josephus van den Cruyce), Isabella de Coninck (begijn te Antwerpen), Joanna Maria de Coninck (gehuwd met Jan Baptist Van Delft) en François de Coninck (bankier). Het betrof de helft van een legaat van 9.000 gulden, waarvan de andere helft werd gelegateerd aan Helena Catharina De Jonghe, die gehuwd was met Leonard Mathias van der Noodt, baron van Kiesegem, keizerlijk kamerheer, hoogbaljuw van Gent en gouverneur van het aldaar gelegen kasteel. Egidius' broer Ludovicus Franciscus de Coninck was als testamentair executeur verantwoordelijk voor de uitbetaling van de desbetreffende legaten. Deze akte werd opgemaakt door de Antwerpse notaris Peeter Gerardi in aanwezigheid van de getuigen Martinus De Leeuw en Jan Baptist Van Cerckelaer. (zie ook DC.1/70.0.0) | 06/05/1741 06/05/1741 |
70 | DC.1/70.0.0 | Notariële akte betreffende een legaat van 4.500 gulden, dat krachtens de codicil (op 13/12/1719 opgesteld door de Antwerpse notaris Theodoor Van Merlen) van de onlangs overleden Egidius de Coninck werd nagelaten aan zijn nichtje Helena Catharina De Jonge (+ 1745), die gehuwd was Leonard Matthias van der Noot (1676-1753), baron van Kiezegem, keizerlijk kamerheer, hoogbaljuw van Gent en gouverneur van het aldaar gevestigde kasteel. Zij was de dochter van Egidius' stiefzus Anna Maria de Coninck en Justus Anthonius De Jonghe (+ 1714 - zetelend in de Provinciale Raad van Vlaanderen). Egidius' broer Ludovicus Franciscus de Coninck was als testamentair executeur verantwoordelijk voor de uitbetaling van het legaat, die gebeurde door Alexander Corvers. Deze akte werd opgemaakt door notaris François Van Tieghem te Gent in aanwezigheid van de getuigen Jan Baptist van Male en Jacques Merrij. (zie ook DC.1/69.0.0) | 16/03/1641 16/03/1641 |
71 | DC.1/71.0.0 | Notariële akte betreffende een legaat van 30.000 gulden, die krachtens de codicil (01/04/1730 opgesteld door de Antwerpse notaris Peeter Gerardi) van de onlangs overleden Egidius de Coninck werd nagelaten aan zijn nichtje Helena Emtinck, de dochter van Eduardus Emtinck (1662-1724 - advocaat van de Grote Raad van Mechelen) en Maria Magdalena (1672-1706), die gehuwd was met met wachtmeester Carolus Josephus Roose. De uitbetaling van het legaat gebeurde door Egidius' broer Ludovicus Franciscus de Coninck, die optrad als testamentair executeur. Deze akte werd opgemaakt door Antwerpse notaris Melchior Kramp in aanwezigheid van de getuigen Christianus Corvers (notaris)en Joes Anthonius Proost. | 27/11/1740 27/11/1740 |
72 | DC.1/72.0.0 | Goederenstaat, opgemaakt door de Antwerpse notaris Melchior Kramp, van de nalatenschap (117.642 Vlaamse ponden, 15 schellingen en 14 Vlaamse groot) van Egidius de Coninck, de zoon van de Antwerpse koopman/bankier Johan de Coninck (1619-1684) en diens tweede vrouw Helena Chauvin (1641-1698). Enkele vermelde erfgenamen waren de familie Emtinck, Jacobus de Coninck (1661-1724), wachtmeester Carolus Josephus Roose (gehuwd met Anna Helena Emtinck) en Helena Catharina De Jonge (+ 1745 - gehuwd met Leonard Matthias van der Noot, baron van Kiezegem 1676-1753). | 25/05/1741 03/11/1741 |
73 | DC.1/73.0.0 | Testament van Egidius de Coninck (1669-ca. ca. 1740 - licentiaat in de rechten, diploma zie DC.1/59.0.0), de zoon van de Antwerpse koopman/bankier Johan de Coninck (1619-1684) en diens tweede vrouw Helena Chauvin (1641-1698). De vermelde erfgenamen waren: Maria Franchoise de Coninck (1664-1719 - zus), priester Joannes Franciscus de Coninck (° 1655 - stiefbroer), Johan de Coninck (1619-1684 - bankier/aalmoezenier - stiefbroer), Helena Catharina De Jonghe (+ 1745 - nichtje gehuwd met baron Leonard Matthias van der Noot 1676-1753), Helena Catharina Claessens (1698-1766 - nichtje gehuwd met Hendrik Geelhand 1694-1776), Maria Isabella Claessens (1701-1767 - nichtje gehuwd met Jan Frans Michel Lunden 1697-1767) en Ludovicus Franciscus de Coninck (1674-1758 - koopman/bankier - broer), die tevens werd aangesteld tot testamentair executeur. Egidius' laatste wilsbeschikking werd opgemaakt in de woning (gelegen in de Schoenmarkt) van de Antwerpse notaris Theodoor Van Merlen in het bijzijn van de getuigen Andries Colpijn en Peeter Garardi. | 13/12/1719 13/12/1719 |
74 | DC.1/74.0.0 | Verzoek van de erfgenamen van Egidius de Coninck (licentiaat in de rechten), de zoon van de Antwerpse koopman/bankier Johan de Coninck (1619-1684) en diens tweede vrouw Helena Chauvin (1641-1698), tot het opstellen van een goederenstaat van diens achtergelaten goederen. | 31/12/1740 31/12/1740 |
75 | DC.1/75.0.0 | Afrekening (609,6 pond Sterling), ondertekend door Jaques Hays, van een aankoop van annuïteiten te Londen door Egidius de Coninck op rekening van Ludovicus Franciscus de Coninck. | 28/02/1733 28/02/1734 |
A - Aartselaar Cleydael Stier
C - Cogels
CS - Calvert Stier
DC - de Coninck
DG - de Gruben, Kramp, van Parijs, Martens, Fourmont, Fourment, van der Aa, Cardon, de Vlieghere, van Eupen, de Neuff, van Delft, Jordaens, van Horenbeeck, Beeckmans, Pouppez de Kettemis, de Turck, della Faille
H - van Havre
HS - van Havre Schoten
M - Melijn
P - Peeters d'Aertselaer
V - de Weerdt Rubens
VE - van Ertborn
VS - van Havre Stier
C - Cogels
CS - Calvert Stier
DC - de Coninck
DG - de Gruben, Kramp, van Parijs, Martens, Fourmont, Fourment, van der Aa, Cardon, de Vlieghere, van Eupen, de Neuff, van Delft, Jordaens, van Horenbeeck, Beeckmans, Pouppez de Kettemis, de Turck, della Faille
H - van Havre
HS - van Havre Schoten
M - Melijn
P - Peeters d'Aertselaer
V - de Weerdt Rubens
VE - van Ertborn
VS - van Havre Stier